Bij de introductie van Windows 10 beweerde Microsoft destijds dat dit de laatste versie zou zijn, zij het dat er regelmatig upgrades zouden komen die functionaliteit zouden toevoegen. Dit jaar is dat een loze belofte gebleken, want gisteren is Windows 11 de wereld in gestuurd. Normaal gesproken zijn mensen zoals ik dan toch blij, want nieuw is beter. Deze upgrade heeft echter zijn prijs, want je hardware moet wel aan twee belangrijke eisen voldoen: een Intel processor van tenminste de 8e generatie en je systeem moet TPM 2.0 ondersteunen (iets met veiligheid), dat inherent is aan de processor-eis. Er zijn nog meer eisen maar die zijn ondergeschikt omdat bijna elke zichzelf respecterende PC daar aan voldoet.
Mijn "gewone" PC uit 2015 voldoet niet, dus die ga ik nog upgraden met een moederbordtransplantatie (inclusief processor, geheugen en een M.2 SSD kaart). Mijn laptop is zeker geschikt, dus op de dag van verschijnen heb ik de stoute schoenen aangetrokken en de upgrade in gang gezet. Als je geduld hebt kun je ook wachten tot je aan de beurt bent, maar je kunt ook de Windows 11 Installation Assistant downloaden die het hele circus voor je uitvoert. Het hele proces lijkt als twee druppels water op de upgrade van Windows 7 of 8 naar 10. Aan het eind van de rit kun je gewoon aan het werk alsof er niets bijzonders gebeurd is, behalve dan dat de taakbalk is gecentreerd en er een nieuw menusyteem verschijnt. Er zijn natuurlijk tal van verbeteringen etc., maar daar komen we vanzelf achter.Nu ben ik een beetje ouderwets en vond het nieuwe Metro menusysteem, dat geïntroduceerd is met Windows 8, niet om aan te snuiten. Vandaar dat ik destijds een handig tooltje ging gebruiken genaamd Classic Shell, dat het oude, vanaf Windows 95 geëvolueerde menu, emuleerde. Helaas is dat in 2017 gestopt, maar er is een opvolger genaamd Open-Shell-Menu, dat hetzelfde functioneert en oogt.
Ik ben weer klaar voor de toekomst!