vrijdag 13 maart 2009

De oesters van To Lee

Morgen gaan we weer naar Enschede, naar Hannie en Helmut en hun kinderen Jeanne en Dorine, om de verjaardag van Hannie te vieren. In 2003 zijn we tegelijk op vakantie geweest, in Frankrijk, Charente-Maritime. Wij hadden een chalet gehuurd op een camping in Saint-Just-Luzac, zij hadden daar een tent en we zijn zeven dagen aldaar met elkaar opgetrokken. Het was één van de leukste vakanties met de kinderen erbij tot dan toe. Op de heenreis werd het steeds warmer, we kwamen aan met 38ºC. Gelukkig had de Peus airco. Kort daarna werd het slecht weer maar na een paar dagen knapte het weer op.
 
Het gebied wemelt van de zoutpannen, waar nu oesterkwekerijen gevestigd zijn. Op een zonnige middag hebben we oesters gegeten, een primeur voor Carla en mij. Gelukkig hielp de ijskoude witte wijn. We hebben de meisjes maar niet verteld dat ze nog leven als je ze eet. We hebben heel wat uitstapjes gemaakt. La Rochelle is een nabij gelegen havenstad en tevens de hoofdstad van de streek. Het kent een rijke historie waar piraterij, slavenhandel, kabeljauw-visserij en walvisvaart om voorrang vechten. Royan is een mondaine badplaats met een grote jachthaven en permanente kermis.

Echt heel leuk waren de eilanden Île d'Oléron en Île de Ré, waartussen Fort Boyard ligt, bekend van de TV. Daar waan je je aan de Middelandse Zee. Trekpleisters waren daar natuurlijk de vuurtorens, Phare de Chassiron en Phare des Baleines. We zijn er zelfs óp geweest.

Op Île de Ré hebben we ook nog het stadje Saint-Martin-de-Ré bezocht, waar je o.a. een ritje op een ezel kunt maken. Die beesten hebben een soort broek aan, traditioneel tegen distels en andere ongemakken en -gedierte. Tussendoor zijn we ook in de Zoo de la Palmyre geweest. Bloedheet maar wel heel leuk. Op het strand van Marennes hebben we 14e Juillet gevierd, compleet met lampions en vuurwerk. Er dreigde alleen onweer, wat ook wel weer spannend was.

Carla en ik zijn ook samen wezen wandelen, dwars door het moerassige gebied rond Brouage, een oud vestings- en garnizoenstadje. Het is nog helemaal in oude (Napoleontische) staat. Vlak voor Hannie en Helmut vertrokken hebben we daar met zijn allen in een restaurant gegeten, alwaar zich een discussie ontspon over wat voor vis een Dorade nou eigenlijk is. Ik won, meen ik. Na hun vertrek zijn we nog naar Bordeaux geweest. Best een aardige stad, alhoewel een beetje vervallen. We hadden geluk: ze waren net met de aanleg van de metro begonnen en de hele stad lag open. Omdat het regende werd het één grote modderpoel. We hebben nog wel enkele Romeinse oudheden bezocht, zoals een arena waar een militaire kapel stond te oefenen.

De Tour de France zou het stadje Cognac aandoen. Dat ligt vlakbij, dus wij erheen. Je hoeft je niet te vervelen, uren voor de wielrenners er zijn komt een schier onafzienbare karavaan langs. Bij wijze van reclame worden allerlei goederen het publiek ingegooid. Wij hadden het geluk dat een waterfabrikant meedeed, die bij wijze van strooigoed een waterspuit op het publiek richtte. Er waren hele volksstammen op de been die speciaal voor het strooigoed waren gekomen, de wielrenners waren maar bijzaak. Ik heb wel Lance Armstrong (Engels voor sterke benen) op de kiek. Was nog best lastig, ze komen met 60 km/h voorbij!

De laatste dagen hebben we gechilled rond het zwembad.

De foto's zijn gemaakt met mijn allereerste digitale camera, een Agfa CL20 met 1.3 megapixels. Nu lach je er om, maar toen state of the art. Het ding ging echter kuren vertonen, getuige overstraling, een violetzweem en het merkwaardige fenomeen dat hij spontaan ging afdrukken.

Enfin, ik hoop echt iets dergelijks nog eens over te doen.