donderdag 27 maart 2008

A day in the life 4

THE LONG AND WINDING ROAD | De ochtend begon goed, we zouden het rivier- en havengebied gaan bezichtigen, te beginnen met het Merseyside Maritime Museum. Op het kaartje was dat nummer 12 (oranje). daar aangekomen: geen museum. Had ik de verkeerde 12 (geel) gevolgd. Gelukkig was het museum niet ver. Op weg daarheen kwamen we langs rustige woonwijkjes, eigenlijk pal naast de bouwvallen van gisteren.

HAPPINESS IS A WARM GUN | Het Maritime Museum is gesitueerd in het Albert Dock, een havenbassin dat destijds uniek was omdat er direct vanaf de schepen in de pakhuizen kon worden geladen. De pakhuizen hebben nu een andere functie, zoals het museum de Beatles Story, Tate Gallery, Martitime Museum en de nodige winkeltjes en restaurantjes. Binnen in het museum waan je je in de Titanic, het is gedeel-telijk nagebouwd. Er is een thematentoonstelling: de Atlantic War tijden WOII. Dat was geen leuke tijd kan ik je vertellen. Verder het verhaal van de Titanic en de Lituania. Beide schepen hadden een vrij rampzalig lot: ze zonken. De Titanic had nog twee zusterschepen en die waren hetzelfde lot beschoren, zij het dat deze tijdens oorlogshandelingen naar de bodem zijn gejaagd.

BLACKBIRD | Op de derde verdieping is het Slavernijmuseum. Daar wordt je echt stil van. Er was ook een stukje over Suriname, met Nederlandse items als 'schouderdoek' en 'lendedoek'. De Nederlanders waren opvallend wreed. Er was ook een gedeelte met succesvolle resp. beroemde zwarten: Martin Luther King, Nelson Mandela, Oprah Winfrey etc. en ook sportmensen. Gek genoeg ontbraken Idi Amin en zijn collega-dictators.

DON'T BOTHER ME | Tate Gallery heeft een permanente tentoonsteling over over 20e eeuwse moderne kunst. Voor ons hoefde het niet. Er hingen natuurlijk wel mooie schilderijen van Mondriaan, Picasso en Magritte, maar de rest was ons te conceptueel.

HERE COMES THE SUN | Daarna maar eens wat gaan eten in een Bistro-achtige tent. Vervolgens via de waterkant de stad in. Het is inmiddels echt prachtig weer. We zaten op een bankje bij het water, vlakbij de Ferry across the Mersey. Op de foto de Liver Birds, symbool voor de zeelieden. Eén vogel kijkt naar zee, ter bescherming van de zeelieden, één kijkt naar de stad, ter bescherming van hen die achterbleven (of om te kijken of de pubs al open zijn, is de lokale grap hier). We slenteren door de stad richting hotel. We zijn inmiddels zeven uur op de been. Even uitpuffen en dan Lindsay ophalen, die met de trein komt. Liverpool Central is een prachtig station. Zo kan het ook!

ROCK 'N' ROLL MUSIC | We gaan naar een pub genaamd de Beehive. Er wordt Rock 'n' Roll gedraaid en er zijn voornamelijk oude knarren, vaak stelletjes. Martin (uit Corfu) komt later ook. Waar wij zitten staat wat apparatuur opgesteld, er blijkt een zanger te komen met een laptop en een microfoon. Dat belooft wat. De man drinkt zich inmiddels wat moed in. Het is een beetje verlopen, ex-net-niet-beroemde-zanger. Maar hij kan wèl zingen. Hij betrekt Laura en Lindsay in zijn act. De meiden regelen dat hij ook wat Beatlenummers zingt speciaal voor mij! Ik blèr dapper mee, geholpen door de diverse pints die ik inmiddels achter de kiezen heb. Om 23.00 uur gaat onverbiddelijk de muziek uit en het licht aan. We zijn wat knorrig, dus op naar de Kebabconcurrent. De kebab smaakt, zoals alles smaakt 's avonds laat na een aantal biertjes. Lekker dus. Om 24.00 uur noemen we het een nacht en gaan weer naar het hotel.